De Transparante Tuinder
Samenvatting project
De waterkwaliteit in Nederland is een punt van zorg en wordt steeds urgenter nu de deadline voor de Europese Kader Richtlijn Water steeds dichterbij komt. In glastuinbouwgebieden worden door de waterschappen regelmatig verhoogde concentraties van nutriënten en gewasbeschermingsmiddelen gevonden. Verhoogde concentraties van nutriënten leiden tot negatieve effecten, zoals algenbloei en vermindering van biodiversiteit.
Directe lozing van vervuild water op het oppervlaktewater door tuinders komt weliswaar nauwelijks meer voor, maar vooral de onbekende en onbedoelde lekkages vanuit de kas zorgen voor problemen. Om de waterkwaliteit te verbeteren moeten deze lekkages evenals de bron snel gevonden kunnen worden. De door het waterschap gebruikte meetmethoden worden grotendeels alleen grofmazig ingezet en zijn gebaseerd op monstername en analyse en aanvullend continue monitoring van bijvoorbeeld EC. Bij gedetecteerde calamiteiten gaat het waterschap meer in detail zoeken. Betaalbare en betrouwbare continue metingen, uitgevoerd op het bedrijf zelf door de tuinder, kunnen een deel van de oplossing voor de KRW-problematiek vormen.
Een groep tuinders wil nu gericht inzetten op het zelfstandig continu monitoren van de waterkwaliteit rond hun kassen volgens een methode die aansluit bij die welke toegepast wordt door het waterschap, en daarop aanvullend kan werken. Zo kunnen zij sneller acteren wanneer een mogelijke lekkage aan het licht komt. Ze willen hun eigen verantwoordelijkheid nemen om de doelstellingen van de KRW te realiseren om zo de toekomst van de tuinbouw en de kwaliteit van de leefomgeving veilig te stellen. De meetdata en de maatregelen die zij nemen ter verbetering willen zij publiek beschikbaar stellen om met die transparantie hun verantwoord maatschappelijk ondernemerschap uit te dragen. Tuinders hebben voor continue monitoring echter nu nog geen adequate tools beschikbaar. Continue werkende sensoren op batterijen moeten jaarlijks vervangen worden en zijn slecht bestand zijn tegen koude en vorst. Plant-e heeft een systeem waarbij de stroom voor de sensoren en datatransmissie wordt opgewekt door de natuur. Hiermee is het verwisselen van batterijen en uitval van data gedurende koude dagen verleden tijd. Daarnaast zijn er geen low-power sensoren beschikbaar die “waterkwaliteit” in het algemeen continue kunnen bemonsteren.
De “Transparante Tuinder” voorziet in een 2-staps methode. Deze zorgt via continue monitoring van low-power sensoren in combinatie met een proxy-methode voor snelle detectie van calamiteiten en zorg daarnaast dat de bron van de lekkage gevonden wordt via aanvullende bemonstering en analyse van de waterkwaliteit. Deze continue monitoring in het fijnmazige waternetwerk is een innovatieve aanpak, welke aansluit op wat het waterschap nu doet voor de grotere watergangen. Met meer en continue metingen zijn calamiteiten eenvoudiger op te sporen wat sneller tot adequate handelingen zal leiden. Naarmate meer tuinders in het gebied het systeem gebruiken, zal het opsporen van een bron nog eenvoudiger worden. Werken aan transparantie over de monitoring is daarbij een belangrijk deel van de missie.
De Transparante Tuinder draagt bij aan het werken naar 0-emissie van de glastuinbouw via het waterspoor, en vormt zo een deeloplossing voor de algehele KRW-problematiek. Er zullen uiteindelijk minder schadelijke (blauwgroene) algenproblemen ontstaan. Voor de maatschappij betekent een verdere sluiting van de water- en nutriëntenkringloop op glastuinbouwbedrijven een verbetering van de ecologische oppervlaktewaterkwaliteit, welke uiteindelijk zichtbaar zal worden in de jaarlijkse waterkwaliteitsrapportages van de waterschappen in glastuinbouwgebieden
Doel van het project
Oppervlaktewaterkwaliteit in tuinbouwgebieden is onderwerp van veel discussie. Metingen door de hoogheemraadschappen tonen keer op keer overschrijdingen van de normen aan op het gebied van nutriënten en gewasbeschermingsmiddelen. Directe lozing van door bedrijfsactiviteiten verontreinigd water komen nagenoeg niet meer voor omdat er een plicht is om dit water eerst te zuiveren en op het riool te lozen. Toch is de waterkwaliteit nog niet op orde, onbekende en onbedoelde lekkages zijn regelmatig de oorzaak. Ondanks vele initiatieven in de sector en de goede wil die bij het grootste deel van de tuinders aanwezig is, leidt dit tot een beeld van ‘onwelwillendheid’ voor de hele sector. ‘De goeden lijden onder de kwaden’. Om dit beeld te doorbreken wil een groep tuinders zelf de kwaliteit van het oppervlaktewater rondom hun bedrijf gaan monitoren. Ze willen alle verzamelde data publiek delen, alsmede ook transparant zijn over de gebruikte en gevalideerde meetmethodes alsmede de maatregelen die ze treffen om calamiteiten te verhelpen en voorkomen. Door ‘het goede voorbeeld te geven’ willen ze de rest van de sector én alle andere belanghebbenden motiveren hun verantwoordelijkheid te nemen om de toekomst van de tuinbouw én de kwaliteit van de omgeving veilig te stellen. Ze willen daarmee exact hetzelfde doen wat ook de waterschappen doen in de grotere watergangen, maar dan in het fijnmazige waternetwerk rond de eigen kas. Ook de waterschappen meten continu, delen de informatie publiek en gaan verder zoeken wanneer er een normoverschrijding is. Door de nauwe samenwerking tussen aangesloten tuinders onderling en het waterschap kan bij gevonden problemen effectiever naar de oorzaak gezocht worden.
Motivatie
Dit voorstel draagt bij aan de missie 2: “Duurzame Landbouw”, en past binnen het Innovatieprogramma 2A. Land- en tuinbouw binnen de grenzen van de natuurlijke leefomgeving, specifiek bij het deelprogramma 3. Bedrijfsniveau – (Zelf-) sturing op basis van heldere doelen. Het project beoogt erkende monitoringsystemen voor waterkwaliteit te ontwikkelen waarmee tuinders inzicht kunnen verwerven omtrent onbedoelde emissies van nutriënten en gewasbeschermingsmiddelen. Dit alles om te kunnen voldoen aan de KRW-doelen en door(zelf)sturing het verkrijgen van erkenning van hun goed ondernemerschap door transparantie naar overheid, maatschappij en keten. Tuinders beogen daarmee hun teeltsysteem integraal duurzaam te maken (0-emissie van nutriënten en gewasbeschermingsmiddelen) waardoor niet alleen rond hun eigen kas maar ook in het gehele tuinbouwgebied, mede door samenwerking met collega tuinders en het waterschap, de ecologische gebiedsdoelen gehaald kunnen worden.
Het voorstel past ook deels bij het Innovatieprogramma 2C. Weerbare plantaardige productie op een vitale bodem/substraat, met name omdat het ten doel heeft de emissies van nutriënten en gewasbeschermingsmiddelen vanuit de glastuinbouw (grond- en substraatteelt) naar nul terug te dringen, met de focus op het waterkwaliteitsaspect en het realiseren van de KRW-doelen.
Het voorstel past ook bij de sleuteltechnologie ST1. Smart Technology for agri-horti-water-food, omdat het de integratie voorziet van slimme sensoren, natuurlijke energiebronnen en beslissingsondersteunende systemen. Het ontwikkelt nieuwe toepassingen voor de plantaardige productie (glastuinbouw) gericht op het monitoren van waterkwaliteit, teneinde het voor tuinders mogelijk te maken efficiënter en sneller calamiteiten, zoals onbedoelde lekkages, op te sporen en verhelpen. Op die manier kunnen ze emissies terugdringen en daarmee natuur- en milieuveilig ondernemen. Een toegepaste enabling-technologie is het gebruik van low-power sensoren welke gevoed kunnen worden door “bio-batterij" welke langdurig (meer dan tien jaar) energie levert die door de natuur zelf opgewekt is.
Geplande resultaten
Het beoogde resultaat is daarom tweeledig: 1. Een systeem waarmee continu gemeten kan worden zodat tuinders een tool in handen krijgen om de waterkwaliteit om het bedrijf beter te monitoren, zodat ze problemen snel kunnen opsporen en oplossen en 2. Meer transparantie naar de omgeving over het nemen van de eigen verantwoordelijkheid van de tuinders.